Alsjeblieft! Jouw wekelijkse update met signalen uit de markt, speciaal voor onafhankelijk financieel adviseurs.

In de afgelopen week hebben AFM en DNB in hun notitie Digitale afhankelijkheid in de financiële sector indringend gewaarschuwd voor de risico’s die voor de financiële sector ontstaan als gevolg van de te grote digitale afhankelijkheid van een klein aantal IT-leveranciers, met name Amerikaanse partijen. Dit geldt in het bijzonder voor clouddiensten. In het rapport wordt deze afhankelijkheid van Europa samengevat met het begrip “digitale kolonie”. Het volgende citaat uit het rapport illustreert goed de zorgen die er op dit moment bij de toezichthouders bestaan: dit risicobeeld gaat uit van een scenario waarin niet-Europese IT-dienstverleners op last van statelijke actoren hun dienstverlening (selectief) aan klanten staken, onderbreken of op een lager serviceniveau brengen. Voor Bureau DFO was de waarschuwing van de toezichthouders reden om in gesprek te gaan met VPO, die een zuiver Nederlandse cloudomgeving aanbiedt. De opname van globaal 20 minuten kan je via de volgende link bekijken.

Op woensdagmiddag 3 december a.s. vindt in Hoevelaken de informatiebijeenkomst
“Verduurzaming en kansen voor financieel adviseurs” plaats. Tijdens deze bijeenkomst komen onder meer de volgende onderwerpen aan de orde:

• Verkort adviestraject conform de Wft;
• Toelichting financieringsmogelijkheden via SVn;
• Verduurzaming vanuit het perspectief van een geldverstrekker;
• Ontwikkelingen in techniek van verduurzaming.

Naast een plenair gedeelte vinden er ook nog inspiratiesessies plaats. Aan deze bijeenkomst wordt meegewerkt door Positief Wonen, Bureau DFO, Obvion, SVn en Woonnu. Wil je deze informatiebijeenkomst (zonder kosten) bijwonen, dan kun je je hieronder aanmelden.

Het rapport Bureau DFO Performance Serviceproviders 2025, gebaseerd op 2.106 waarnemingen, laat zien dat serviceproviders transformeren naar partners in het ondernemerschap van financieel advieskantoren. Waar hun rol vroeger vooral bestond uit het bieden van toegang tot aanbieders, verbreden zij hun diensten nu richting opleidingen, midoffice, automatisering, marketing en HR. Deze transformatie sluit aan bij de sterk toenemende eisen aan financieel adviseurs. Kernactiviteiten zoals hypothecair krediet, pensioenen en vermogensopbouw staan onder druk door strengere zorgplicht en snelle technologische ontwikkelingen, waaronder digitale veiligheid en kunstmatige intelligentie. Advieskantoren zien hun kosten stijgen, terwijl tarieven voor diensten zoals hypotheken en schadeverzekeringen nauwelijks meestijgen. Tegelijkertijd blijft er maatschappelijke behoefte aan persoonlijk ondernemerschap, waarin directe relaties tussen ondernemer, medewerkers en klanten centraal staan. Voor een duurzaam model moeten kantoren hun processen efficiënter maken of hogere prijzen rekenen. Serviceproviders spelen hierin een steeds belangrijkere rol als strategische partner. In het rapport Bureau DFO Performance Serviceproviders 2025 geeft het intermediair aan wat zij van serviceproviders verwachten en hoe zij de serviceproviders waarmee zij samenwerken, op dit onderwerp waarderen. Het volledige persbericht over dit onderzoek kan je hieronder downloaden.

Artikel 7:658 BW luidt als volgt:
De werkgever is verplicht de lokalen, werktuigen en gereedschappen waarin of waarmee hij de arbeid doet verrichten, op zodanige wijze in te richten en te onderhouden alsmede voor het verrichten van de arbeid zodanige maatregelen te treffen en aanwijzingen te verstrekken als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt.
 
De vraag is of deze aansprakelijkheid van de werkgever ook uitstrekt wanneer deze optreedt als opdrachtgever van een zzp’er. In VAST behandelt advocaat Anne van Glabbeek, verbonden aan BrandMR, deze vraag. Zij doet dit aan de hand van een uitspraak van de rechtbank Noord-Holland. In deze casus schakelt een aannemersbedrijf een zelfstandige schilder in. Tijdens zijn werkzaamheden valt deze van zijn ladder en loopt daarbij letsel op. De schilder stelt de opdrachtgever op grond van artikel 7:568 BW aansprakelijk. Deze wijst deze aansprakelijkheid af met als verweer, dat er geen arbeidsovereenkomst tussen hem en de schilder bestaat en er dus geen sprake kan zijn van “werkgeversaansprakelijkheid”. In lijn met bestaande jurisprudentie beslist de rechtbank echter anders. Hierbij weegt de rechtbank onder meer mee dat:

• Het aannemersbedrijf de schilder aanwijzingen gaf over de uitvoering van het werk.
• De schilder materialen en gereedschap van het aannemersbedrijf gebruikte.
• De veiligheid van de schilder mede afhankelijk was van het aannemersbedrijf.
• De schilderwerkzaamheden tot de kernactiviteiten van het bedrijf behoorde.

Anne van Glabbeek geeft een mooi overzicht van bestaande jurisprudentie en komt tot de conclusie dat: waar feitelijk sprake is van afhankelijkheid van de werkomgeving en instructies van de opdrachtgever, geldt de zorgplicht!
 
Dit artikel is lezenswaardig voor iedereen die zakelijke schadeverzekeringen adviseert. Het artikel van Anne van Glabbeek kan via de volgende link worden gelezen. (Overigens is een abonnement op Verzekeringsrecht, Aansprakelijkheid, Schade en Toezicht (VAST online), een meer dan zinvolle investering voor elk professioneel kantoor).

In de sector bestaat veel onduidelijkheid wat financieel adviseurs mogen rondom het informeren en adviseren van hun klanten op het gebied van beleggingsfondsen. Dat de invoering van MiFID I in 2010 veel adviseurs extra bevoegdheden heeft gegeven is wel bekend. Maar welke bevoegdheden dan? En aan welke eisen moet je voldoen om op correcte wijze van die bevoegdheden gebruik te maken. Antwoorden op deze vragen zijn belangrijk. Want naast sparen is beleggen voor financiële zekerheid op de lange termijn noodzakelijk zolang de spaarrente lager is dan de inflatie. Michiel van Vugt, verbonden aan NNEK en Fondsenplatform, geeft in een presentatie van nog geen 30 minuten een helder beeld wat een financieel adviseur wel en niet mag bij het ondersteunen van zijn klanten op het gebied van beleggingsadvies onder nationaal regime.